Naar aanleiding van de Kaaimantaks. Nieuwe kansen en bedreigingen.

In Archief by robert

Duidelijk is dat je vandaag het betalen van belasting niet volledig kunt voorkomen of vermijden. Wel kun je het betalen van belasting uitstellen door je vermogen structuur te geven binnen de wettelijke kaders die ervoor staan. Je mag je financiële positie ruimte geven door je positie te optimaliseren via het gebruik van bepaalde regelingen, waarvoor deze bedoeld zijn. Recente fiscale maatregelen zogen dat nul belastingen betalen tegenwoordig niet meer mogelijk is”, aldus Maurice de Clercq, fiscalist bij ESJ Accountants & Belastingadviseurs, “Belastingheffing bij de natuurlijke persoon is de maatstaf waar alles naar herleid wordt”.

 

Zijn de tijden erg veranderd als je afhankelijk bent van een inkomen uit vermogen?

Maurice: “Het systeem in België blijft bestaan. Inkomsten uit vermogen zijn belast tegen een tarief van 25%. Speculatieve winsten zijn belast tegen 33,3%. Vermogenswinsten zijn onbelast en er is geen vermogensbelasting. Schenken kan onbelast, dan wel laag belast: 3% bij kinderen en 7% bij anderen.

Er werden veel financiële producten aangeboden die aansloten op het oude heffingssysteem. Collectieve producten zoals beleggingsfondsen die hun inkomsten kapitaliseren, de Sicavs en Beveks. Daarnaast zijn er verzekeringscontracten, zoals de tak21 en tak 23 producten waarvan na acht jaar de inkomsten hieruit onbelast zijn. Tenslotte zijn er de individueel juridische constructies zoals trusts, stichtingen en offshore vennootschappen”.

 

Met de nieuwe Kaaimantaks is misbruik verder aangescherpt?

Eerst was er het melden van buitenlandse bankrekeningen. Vervolgens de aangifte van buitenlandse verzekeringscontracten. Het tegengaan van misbruik is verder uitgerold met de eis van het bekend maken van juridische constructies. Nu geldt de tegenstelbaarheid van akten met een louter fiscaal doel. Ook als de fiscaal voordeligste weg gekunsteld overkomt, zal de Administratie deze vervangen door een fiscaal duurdere oplossing. En indien je een fiscale bepaling inschakelt of uitschakelt met een rechtshandeling, moet je naast een fiscaal motief ook nog een ander valide motief hebben, anders wordt de rechtshandeling genegeerd. De norm is geworden: “doe maar normaal”.

 

De kaaimantaks rekent de inkomsten van de juridische constructie toe aan de oprichter. De inkomsten worden namelijk bij de oprichter van de juridische constructie belast. Indien de oprichter een natuurlijk persoon is, betaalt deze over rente en dividendinkomsten 25 procent personenbelasting. Het zijn van oprichter is zelfs een kwaliteit, waardoor erfgenamen van de oprichter in zijn spoor treden. Overigens is er geen regeling voor de schenk- en erfbelasting opgenomen. Dit is namelijk een gewestelijke aangelegenheid.

Omdat uitkeringen aan een derde geen schenkingen of verervingen zijn, is een nieuw begrip geïntroduceerd: derde begunstigde. De derde begunstigde wordt in de personenbelastingheffing betrokken voor de inkomsten die deze verkrijgt. De oprichter wordt niet belast voor de uitkeringen van de inkomsten die aan de derde begunstigde worden gedaan.

 

Zijn er uitzonderingen op deze nieuwe belastingmaatregel?

De kaaimantaks is niet van toepassing indien aangetoond kan worden dat de juridische constructie voor 15 procent of meer aan belastingen onderworpen is in overeenstemming met de Belgische regels. Deze uitzondering is niet van toepassing op trustfiguren, maar uitsluitend op rechtspersonen NV’s en stichtingen. Overigens is het opheffen van een juridische constructie een mijnenveld waarop veel anti-misbruikwetgeving van toepassing is.

Kenmerk van de kaaimantaks is dat individuele structuren worden aangepakt en collectieve structuren buiten schot blijven. De kaaimantaks is van toepassing op trustfiguren en rechtspersonen zoals NV’ s en stichtingen. Dit is ruimer dan in Nederland. De wetgever acht het gebruik maken van structuren wel geoorloofd.

Een volgende uitzondering betreft een vennootschap in de EER. Dit is geen juridische constructie tenzij deze vennootschapsvorm op de lijst staat. Een vennootschap buiten EER is een juridische constructie als deze op de lijst staat. Dit vermoeden is jaarlijks weerlegbaar. En de lijst is niet limitatief.

Wat nooit juridische constructies zullen zijn, zijn openbare en institutionele alternatieve instellingen voor collectieve beleggingen, beursgenoteerde vennootschappen in EER of derde staat met analoge voorwaarden, entiteiten voor beheer pensioenfondsen en werknemersparticipaties.

 

Zijn er nog instrumenten om je fiscale positie te optimaliseren?

De Burgerlijke maatschap is een mogelijkheid om een scheiding tussen de zeggenschap over het vermogen en de eigendom van het vermogen te regelen. De kinderen krijgen het vermogen in hun handen geschonken onder voorwaarden dat ze het inbrengen in een burgerlijke maatschap. Vaak houden de ouders het levenslang voor het zeggen en de kinderen worden de eigenaar. Fiscaal is de burgerlijke maatschap transparant. De inkomsten uit het vermogen worden belast bij de achterliggers.

 

Een tweede instrument is de Belgische private stichting. Dit is een stichting die doelgebonden particuliere belangen mag dienen in plaats van algemene belangen. Roerend vermogen kan onbelast in de stichting worden ingebracht.

De stichting is onderworpen aan de rechtspersonenbelasting. Dit is een belasting die te vergelijken is met de belasting voor natuurlijke personen. Rente en dividend ondergaan een 25% roerende voorheffing. Huurinkomsten van woonhuizen worden belast met onroerende voorheffing. Maar vermogenswinsten zijn onbelast. De stichting is wel onderworpen aan een jaarlijks successierecht vervangende belasting.

Voorwaarde is wel dat de oprichter geen voordeel in de stichting mag genieten. Maar de stichting kan wel onbelast uitkeringen doen. Daarmee is de Belgische private stichting de Rolls Royce van de Belgische estate planning.