Antiekliefhebber met eigen goed doelstichting

In Archief by robert

De Nederlandse belastingwetgeving kent een groot aantal aantrekkelijke regelingen voor goede doelen. Zo worden niet alleen de goede doelen zelf fiscaal vriendelijk behandeld, maar ook de personen of vennootschappen die aan een goed doel willen schenken hebben recht op belastingaftrek.
Zo kan een privépersoon in de inkomstenbelasting giftenaftrek toepassen bij het schenken aan een goed doel. Hiervoor gelden wel drempels. In de eerste plaats is de gift pas aftrekbaar vanaf 1% van het verzamelinkomen (of bij € 60). Vervolgens kan maximaal tot 10% van het verzamelinkomen worden afgetrokken. Bij het goede doel wordt de schenking niet belast met schenkbelasting.

De aftrek wordt nog interessanter als een zogenoemde lijfrenteschenking wordt toegepast. Voor een lijfrenteschenking moet de schenker langs de notaris. Bij de notaris wordt vastgelegd dat hij voor een periode van vijf jaar tenminste eenmaal per jaar een bedrag schenkt aan een goed doel. Deze bedragen zijn vervolgens volledig aftrekbaar in de inkomstenbelasting: er gelden geen drempels.
Hoewel de gang langs een notaris als een hindernis kan worden gezien, valt dat in de praktijk mee. Veel notarissen passen een “vriendentarief” toe, zodat de kosten van de notariële akte beperkt blijven. Daarnaast is de kans groot dat op de niet te lange termijn (wellicht al in 2014) de verplichting van een notariële akte zal komen te vervallen. Dan wordt de lijfrenteschenking nog eenvoudiger.

In deze zaak had een antiekliefhebber een verzameling. Deze verzameling maakte deel uit van de inboedel van zijn eigen woning. Hij richtte vervolgens een goede doelenstichting (museum) op en verkocht de collectie aan de stichting voor een bedrag van € 651.000. Dit bedrag bleef de stichting schuldig. Daarna ging de antiekliefhebber naar de notaris en ging met de stichting een lijfrenteschenking aan van € 130.200 per jaar. Door deze schenkingen zou het te betalen bedrag in vijf jaar worden kwijtgescholden, waarbij het hele bedrag van € 651.000 van de belasting wordt afgetrokken.

De verzameling is in de eigen woning gebleven en ook zijn er weinig activiteiten ondernomen om bezoekers te trekken. De enige bezoekers waren enkele bekenden. Onder deze omstandigheden was er geen sprake van een echt museum en dus ook niet van een goed doel. Daarom wordt de belastingaftrek uiteindelijk afgewezen.

De opzet van de kunstliefhebber werkte hier niet, omdat de opzet teveel op zichzelf was gericht. Als het museum meer “inhoud” had gekregen, dan had het onderbrengen van zijn verzameling naar onze mening volledig aftrekbaar van de belasting kunnen zijn. Nu is de belastingaftrek niet geslaagd. En wat nog meer is: als het museum geen goed doel is, dan kan de schenking van € 130.200 per jaar belast worden met schenkbelasting tegen de hoogste tarieven. De tarieven zijn nu maximaal 40%, maar toen deze zaak speelde (in 2004) liepen de tarieven op tot 68%!
Hoge Raad, 21 september 2012
hits=2= / id=1497=