Nadat op 19 december de pleidooien voor de Raad van State inzake het keuzerecht werden gehouden, heerst er stilte. Ofschoon er een uitspraak in deze “spoedprocedure” werd toegezegd per 30 januari, kondigde de Raad rond die datum aan dat de uitspraak nog maximaal zes weken op zich zou laten wachten. Dat zou dus uiterlijk 13 maart moeten zijn.
Tevens liet de Raad weten dat nog werd overlegd over de vraag of zij een spoedprocedure ten aanzien van de woonlandfactor nodig achtte. Kort geleden werd bekend dat de pleidooien op dit punt zullen worden gehouden op 27 maart aanstaande. Hoe lang de uitspraak vervolgens op zich zal laten wachten, is onbekend.
Europese Hof
Het is niet te voorspellen hoe de vonnissen zullen uitvallen. Zal de Raad onze eisen afwijzen? Dat is onwaarschijnlijk in beide gevallen – maar misschien is de wens de vader van de gedachte… Indien de Raad verwijst naar het Europese Hof, op welke punten zal deze dan een mening vragen (door het stellen van zogenaamde “prejudiciële vragen”)? Is het dan voor de stichting de moeite waard om in Luxemburg te verschijnen en een procedure aan te gaan op die punten? Onze advocaat zal een sleutelrol moeten spelen bij de beslissing om al of niet door te gaan. Hopenlijk zal er in de loop van de komende weken wat meer zekerheid komen.
De financiën
Alle kosten van de advocaat gemaakt tot eind december 2006 zijn voldaan. Daarmee zijn tevens de kosten in verband met het keuzerecht betaald. Het aandeel in de resterende kosten van het proces woonlandfactor zijn nu niet exact te ramen.
Het saldo op de rekening is geslonken tot € 1.200. Er blijven echter nog steeds bijdragen binnenkomen en dat is bemoedigend. Zeker bemoedigend als zou blijken dat wij goede kansen hebben bij het Europese Hof en dus door zouden moeten procederen. Wij blijven daarom een beroep op U doen.
hits=0= / id=1543=