Een aandeelhouder die 5% of meer aandelen bezit (of opties, winstbewijzen etc) wordt als aanmerkelijk belanghouder belast in box II tegen een tarief van 25%. Indien bij overlijden een pakket aandelen (van 5% of meer) vererft, zal dit voor de inkomstenbelasting een heffingsmoment opleveren. Ook vererving van aanmerkelijk belangaandelen is een belaste verkrijging onder de Successiewet. In beginsel moet dus voor zowel de Successiewet 1956 als voor de Wet op de inkomstenbelasting 2001 worden afgerekend.
Huidige wetgeving
Onder de huidige wetgeving kan de aanmerkelijk belangclaim (in de inkomstenbelasting) alleen bij overlijden worden doorgeschoven op de erfgenamen. Deze erfgenamen hoeven niet af te rekenen voor de inkomstenbelasting (Box II). De erfgenamen gaan door met de oorspronkelijke verkrijgingsprijs van de aandelen. Te zijner tijd zullen zij natuurlijk wel moeten afrekenen als zij het aandelenpakket (deels) verkopen. Voor de Successiewet, geldt wel een afrekening, zij het dat onder de huidige regeling 75% van het bedrijfsvermogen onder voorwaarden belastingvrij kan vererven.
Indien men emigreert met een aanmerkelijk belangpakket vanuit Nederland naar België, wordt een conserverende aanslag opgelegd ter zake van dit aanmerkelijk belang voor de duur van 10 jaar. Deze conserverende aanslag wordt ingevorderd indien een “verboden handeling” wordt uitgevoerd, zoals de verkoop van het aandelenpakket. Ook in internationale situaties geldt dat bij overlijden of schenking er sprake is van een vervreemding. Bij overlijden kan echter de erfgenaam net als in binnenlandse verhoudingen, de aanmerkelijk belangclaim doorschuiven, als dit een binnenlandse belastingplichtige is. Bijvoorbeeld de in Nederland wonende zoon die van zijn naar België geëmigreerde vader door vererving een aanmerkelijk belang verkrijgt. Als een buitenlandse erfgenaam (stel de kinderen zijn ook verhuisd naar België), mogen zij onder voorwaarden de 10 jaarstermijn van de erflater verder “uitzitten”.
Het vervelende is dat schenking van aanmerkelijk belangaandelen zowel in nationale als in internationale aangelegen een afrekenmoment oplevert voor de Wet op de inkomstenbelasting 2001.
Nieuwe wetgeving
Onder de nieuwe wetgeving, die hoogstwaarschijnlijk per 1 januari 2010 in werking treedt, zal een en ander veranderen. Ook bij schenking van aanmerkelijk belangaandelen geldt straks dat de aandelen onder voorwaarden onbelast voor de heffing van inkomstenbelasting (Box II) kunnen worden geschonken. Ook nu zal de verkrijger/ begunstigde de verkrijgingsprijs van de schenker moeten voortzetten. Let wel dat het in dat geval om aandelen gaat die ondernemingsvermogen in de B.V. of N.V. behelzen, dus niet beleggingsvermogen. Straks zal bij zowel schenking als vererving van aanmerkelijk belangaandelen moeten worden afgerekend voor de inkomstenbelasting over het beleggingsvermogen dat vastligt in de die aandelen. Ook moet de begunstigde gedurende 3 jaar onafgebroken een directiefunctie binnen de onderneming vervullen.
Voor de Successiewet is de schenking van aanmerkelijk belangaandelen voor 90% vrijgesteld, mits het leeuwendeel van het totale vermogen louter ondernemingsvermogen betreft. Daarbij mag het beleggingsvermogen niet meer dan 5% van het aanwezige ondernemingsvermogen van de onderneming beslaan. Het merendeel wordt belast met schenkingsrechten (dan wel successierechten in het geval van overlijden), zij het dat uitstel van betaling wordt verleend voor 10% van de going concernwaarde.
De emigratie nader beschouwd
Indien een aanmerkelijk belanghouder emigreert, wordt zoals reeds is opgemerkt een conserverende aanslag opgelegd. Deze conserverende aanslag wordt na 10 jaar kwijtgescholden.
Indien na emigratie, doch binnen de 10 jaarstermijn het aanmerkelijk belangpakket vererft, kan de aanmerkelijk belangclaim worden doorgeschoven, indien de verkrijger binnenlands belastingplichtige (in Nederland) is. Helaas geldt geen zogenoemde “step up” dus een fixatie van de waarde van de aandelen ten tijde van overlijden, maar moet de verkrijger/ erfgenaam doorgaan met de oorspronkelijke verkrijgingsprijs. Indien de verkrijger buiten Nederland woont, mag deze de conserverende periode voor de aanmerkelijk belangclaim voortzetten, totdat de 10 jaarstermijn is verstreken. Nadien vervalt, net als bij de erflater het geval zou zijn geweest, de conserverende aanslag.
Worden de aandelen geschonken, dan is het onder de nieuwe wetgeving nog niet geheel duidelijk. Naast vererving wordt schenking eveneens gezien als een vervreemding (dus een afrekenmoment). Dit zou dus een reden zijn om conserverende aanslag in te vorderen. Net als bij vererving, werkt bij schenking de regeling hetzelfde uit als bij vererving van aandelen: doorschuiven van de verkrijgingsprijs (voor wat betreft de binnenlandse verkrijger) dan wel lijkt het erop dat de 10 jaarstermijn (voor wat betreft de buitenlandse verkrijger) kan worden voortgezet, mits voldaan is aan de voorwaarden.
Conclusie
Net als bij vererving, wordt het vanaf 1 januari 2010 in het geval van schenking mogelijk om de verkrijgingsprijs door te schuiven in de inkomstenbelasting (Box II). De begunstigde neemt dan de oude verkrijgingsprijs van de aandelen over van de schenker. Doorschuiven is geregeld voor binnenlandse belastingplichtigen. Onder de nieuwe wet zal echter wel de doorschuiving worden beperkt tot echt ondernemingsvermogen. Bij schenking of vererving van beleggingsvermogen dat vastligt in de aanmerkelijk belangaandelen, zal dus direct tegen 25% moeten worden afgerekend over de aanmerkelijk belangwinst die toerekenbaar is aan het aanwezige beleggingsvermogen in de vennootschap.
Ook voor de Successiewet wordt de thans geldende vrijstelling van 75% van het ondernemingsvermogen, verhoogd naar 90%. Wel gelden striktere voorwaarden. Zo mag er minder beleggingsvermogen vrijgesteld overgaan (maximaal 5% van het aanwezige ondernemingsvermogen van de onderneming).
Niet geheel duidelijk is de positie van de buitenlands belastingplichtigen voor de inkomstenbelasting na emigratie en de conserverende aanslag die nog openstaat. Onder de huidige wet kan bij vererving de verkrijgingsprijs worden doorgeschoven naar een binnenlands belastingplichtige (inwoner van Nederland) of kan de 10 jaarstermijn worden voortgezet (buitenlandse verkrijger). Voor wat betreft de schenking van een aanmerkelijk belangpakket in een in Nederland gevestigde vennootschap zal de verkrijgingsprijs naar de in Nederland wonende begunstigde kunnen worden doorgeschoven; de begunstigde die in het buitenland woont, zal de waarschijnlijk de 10 jaarstermijn kunnen voortzetten.
hits=1= / id=1663=