Ondernemingen kunnen op verschillende manieren worden gedreven: bijvoorbeeld in een eenmanszaak of via een B.V. Het wisselen van rechtsvorm kan ook. Zo kan een eenmanszaak in een B.V worden ingebracht, zodat de onderneming na de inbreng wordt voortgezet door de B.V. Deze inbreng wordt gezien als een (fictieve) staking van de onderneming. Dit betekent dat in privé belasting zou moeten worden betaald over de meerwaarden in de onderneming. Om deze afrekening te voorkomen is er een faciliteit in de Nederlandse wet op grond waarvan een onderneming fiscaal geruisloos kan worden omgezet in een B.V. Voor zo’n geruisloze inbreng moet er aan een aantal voorwaarden worden voldaan. Deze voorwaarden dienen om de belastingclaim te behouden.
Deze regeling is ook opengesteld voor ondernemers die buiten Nederland wonen. Dat betekent dat een ondernemer die buiten Nederland woont, zijn Nederlandse onderneming geruisloos in kan brengen in een B.V. Ook hier gelden weer dezelfde voorwaarden, maar ook nog een aanvullende voorwaarde. Bij een buitenlandse geruisloze inbreng wordt namelijk een deel van het Nederlandse claimverlies vastgelegd in een conserverende aanslag die geen tien jaar, maar eeuwig duurt. Als, daarentegen, die ondernemer in Nederland had gewoond, dan krijgt hij deze conserverende aanslag niet. Dit verschil in behandeling tussen een inwoner van Nederland en een niet-inwoner is volgens het Hof niet toegestaan. Hiermee lijkt een streep te zijn gezet door de eeuwige conserverende aanslag.
Hof Arnhem, 8 mei 2012
hits=13= / id=2051=