Gerechtshof Amsterdam, 5 juni 2018
De belastingplichtige in deze zaak deed een beroep op aftrek van zorgkosten in zijn aangifte inkomstenbelasting 2017. Het ging hierbij om dieetkosten die door de belastingplichtige werden onderbouwd met een oude dieetverklaring uit 2002.
De inspecteur twijfelde aan de juistheid van deze aftrekpost. Daarop besloot de inspecteur om een vraag hierover te stellen aan de huisarts van de belastingplichtige. De belastingplichtige werd hiervan niet op de hoogte gesteld. De huisarts heeft aan de inspecteur hierop bij brief een verklaring afgegeven over de diëten van de belastingplichtige. Deze verklaring leidde tot een beperking van de aftrekbare kosten.
Het Hof Amsterdam volgt de verklaring zoals die door de huisarts is afgegeven. Ook staat het Hof toe dat de inspecteur vragen stelt aan de huisarts en dat de antwoorden daarop in de procedure worden gebruikt. Dit is op het eerste gezicht vreemd omdat de huisarts een verschoningsrecht heeft. Hij is niet tot antwoorden verplicht (de huisarts heeft een medisch beroepsgeheim).
Als de huisarts echter in weerwil van zijn verschoningsrecht toch besluit om antwoorden te geven op de vragen van de belastingdienst, dan mogen die antwoorden gewoon gebruikt worden in de procedure. Dat de huisarts vervolgens mogelijk wel wat heeft uit te leggen in relatie tot zijn beroepsgeheim, staat buiten de zaak voor de belastingrechter.